Sõna läuten tõlge saksa-hollandi

luiden
Op 1 mei moeten in Europa de klokken van de vrijheid luiden, niet die van de vrouwenslavernij. Am 1. Mai müssen in Europa die Glocken der Freiheit und nicht die der Frauensklaverei läuten. Ik citeer: 'Nu luiden ze de klokken; heel spoedig zullen ze de handen wringen.' Ich zitiere: "Sie läuten die Glocken nun; sehr bald schon werden sie die Hände ringen." Gezien de tijdspanne tussen het luiden van de bel en de stemming denk ik dat wij allen iets aan onze conditie moeten doen. Angesichts der Zeitspanne zwischen dem Läuten der Glocke und der Abstimmung denke ich, daß wir alle etwas Training nötig haben.
aanbellen

beieren
bellen
Een aantal collega's is nog niet aanwezig en anderen luisteren nog naar de bellen die in de gang klinken. Eine Reihe von Kolleginnen und Kollegen ist noch gar nicht da, und andere stehen noch draußen im Gang und hören die Glocke läuten.
klinken
Een aantal collega's is nog niet aanwezig en anderen luisteren nog naar de bellen die in de gang klinken. Eine Reihe von Kolleginnen und Kollegen ist noch gar nicht da, und andere stehen noch draußen im Gang und hören die Glocke läuten.
rinkelenDeze vragen doen bij mij alarmbellen rinkelen. Da läuten bei mir doch die Alarmglocken. Bij die constatering moeten toch alle alarmbellen gaan rinkelen? Bei dieser Feststellung sollten doch sämtliche Alarmglocken läuten. Ik vind het gênant en een gebrek aan respect jegens deze Vergadering dat er telefoons kunnen rinkelen terwijl men een betoog aan het houden is. Ich finde es peinlich, und es ist ein Mangel an Respekt vor diesem Haus, daß Telefone läuten, während Erklärungen abgegeben werden.
weergalmen